Penrose advocatenkantoor in Amsterdam
top
Image Alt

Slim software nabouwen – is dit juridisch toegestaan? Deel 2

  /  Nieuws   /  Slim software nabouwen – is dit juridisch toegestaan? Deel 2
Slim software nabouwen

Slim software nabouwen – is dit juridisch toegestaan? Deel 2

Eind januari 2020 schreef ik een blog over de bekende radiocommercial op BNR over ‘Slim software nabouwen’. In die blog stelden wij ons de vraag: software nabouwen, mag dat juridisch wel? Levert dat geen auteursrechtinbreuk op?

Deze vraagstelling leverde ons een uitnodiging op bij het bedrijf achter de commercial en de website slimsoftwarenabouwen.nl, Codeless Technology B.V.*, om te bekijken hoe dat ‘nabouwen’ nu precies in zijn werk gaat. Inmiddels zijn wij op bezoek geweest bij Codeless en luidt de conclusie: Ja, software nabouwen kan zonder dat het auteursrechtinbreuk oplevert.

Wat gebeurt er bij het ‘software nabouwen’?

Codeless biedt haar klanten twee varianten: 1) Slim Software Converteren, en 2) Slim Software Nabouwen.

Met Slim Software Converteren wordt bestaande broncode geconverteerd naar een nieuwe generatie taal. Op deze manier worden verouderde programmeertalen (denk aan Cobol en VB6) geautomatiseerd omgezet naar nieuwe, actuele talen zoals Java of .Net. Bij deze variant is de broncode van de oorspronkelijke software noodzakelijk. Deze broncode moet worden ingelezen en wordt vervolgens geautomatiseerd omgezet naar nieuwe broncode.

Deze slimme conversie methode zou kunnen worden vergeleken met de vertaling van een boek. Een dergelijke vertaling vormt niet een nieuw, zelfstandig werk, maar kwalificeert als een ‘bewerking’ in de zin van de Auteurswet. Voor het maken van een boekvertaling is de toestemming nodig van de oorspronkelijke auteur. Datzelfde geldt ook bij de conversie van de software. Hiervoor is de toestemming nodig van de softwareontwikkelaar, de maker van de broncode.

Bij Slim Software Nabouwen analyseert Codeless in feite de functionaliteiten van de bestaande software en maakt daarbij tevens gebruik van haar eigen standaard componenten. De benodigde en gewenste toepassingen en functionaliteiten worden gedocumenteerd en op basis daarvan wordt nieuwe software gecreëerd. Dit kan zonder dat de originele broncode behoeft te worden ingezien.

Uiteindelijk verkrijgt de Opdrachtgever van Codeless een niet-exclusief gebruiksrecht (oftewel, licentie) voor het gebruik van de standaard ‘low code’ platformsoftware van Codeless én de op basis daarvan ontwikkelde maatwerkoplossing. Er wordt door Codeless namelijk geen nieuwe op zichzelf staande broncode opgeleverd. Er wordt een implementatie gedaan van de gewenste functionaliteit op de standaard ‘low code’ platformsoftware van Codeless. Bij low code wordt gebruik gemaakt van een grafische gebruikersomgeving (GUI) en het instellen van configuraties in plaats van het schrijven van traditionele computercode.

Hoe zit dat ook alweer juridisch met software nabouwen?

Wanneer software een eigen, oorspronkelijk karakter heeft en het persoonlijk stempel van de maker draagt, komt die software voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking. Anders gezegd, de software mag niet ontleend zijn aan de software van een andere partij. Bij software gaat het evenwel uitsluitend om de oorspronkelijkheid van de broncode van de computerprogrammatuur, oftewel de leesbare tekst die door de programmeur in een programmeertaal is geschreven. De functionaliteit, de programmeertaal (bijvoorbeeld Java) en de onderliggende ideeën van een computerprogramma worden niet beschermd.

Ten aanzien van de broncode van bepaalde software behoudt de rechthebbende een exclusief recht (het auteursrecht). Deze rechten blijven door Codeless gerespecteerd. Bij de ‘Slim Software Nabouwen’ projecten is er namelijk geen sprake van een (inbreukmakende) verveelvoudiging van de originele broncode, maar van het nabouwen van de (onbeschermde) functionaliteit. Sinds het SAS Institute Inc./World Programming Ltd.-arrest van het Europese Hof van Justitie weten we dat een nagebouwde applicatie die hetzelfde functioneert als de originele applicatie, niet automatisch auteursrechtinbreuk oplevert. Een inbreuk op softwareauteursrecht kan alleen worden vastgesteld als wordt bewezen dat daadwerkelijk broncode gekopieerd is.

Het lijkt een beetje een combinatie van reverse engineering en clean room ontwikkeling. Lees meer over reverse engineering en clean room softwareontwikkeling in de eerdere blog.

Onze conclusie

Inmiddels zijn wij dus wat wijzer geworden over de werkwijze van Codeless bij Slim Software Nabouwen. Aangezien het hierbij enkel gaat om het analyseren van functionaliteiten van bestaande software, zonder dat de broncode behoeft te worden ingezien, is er geen sprake van auteursrechtinbreuk. De benodigde en gewenste toepassingen en functionaliteiten worden gedocumenteerd en op basis daarvan wordt nieuwe software gecreëerd.

De nieuwe software wordt niet in de vorm van een maatwerkapplicatie overgedragen en opgeleverd. Aan de afnemer wordt een gebruiksrecht verleend. Dat betekent ook dat de platformsoftware van Codeless die als basis wordt gebruikt voor het nabouwen, steeds ‘slimmer’ wordt waardoor het steeds efficiënter zal zijn om software te gaan nabouwen.

Heeft u ook een juridische vraag over software nabouwen of inbreuk op intellectuele eigendomsrechten, neem contact op met Chantal Bakermans van Penrose.

* Voor de goede orde: Codeless Technology is geen cliënt van Penrose.

Advocatenkantoor Penrose, Amsterdam.

Anderen zochten ook naar: