Bestuurdersaansprakelijkheid door niet melden pandrecht
Het hof Den Bosch heeft op 1 december 2015 een uitspraak gedaan over bestuurdersaansprakelijkheid van een bestuurder van een BV die twee pandrechten heeft gevestigd op dezelfde bedrijfsinventaris. Een van die pandrechten was ten behoeve van de bank, die niets is verteld over het andere pandrecht. De bank plaatst de BV daarom onder bijzonder beheer waardoor schade ontstaat. De BV zelf heeft haar bestuurder aansprakelijk gesteld voor deze schade met een beroep op bestuurdersaansprakelijkheid.
Feiten
X is bestuurder en grootaandeelhouder van [International] BV. X is ook bestuurder en 100% aandeelhouder van Prevan BV. Prevan heeft in 2001 een lening verstrekt aan International waarvoor Prevan een eerste pandrecht heeft gekregen op de bedrijfsinventaris. De pandakte is ondertekend door X voor beide partijen. In 2003 is ook door ING Bank een lening verstrekt aan International BV. Toen is ten gunste van ING een eerste pandrecht op de inventaris gevestigd. Door zogenaamde rangwisseling is Prevan tweede pandhouder geworden.
In augustus 2004 eindigt de financiering en het pandrecht van ING Bank. Prevan wordt dan automatisch eerste pandhouder. ABN Amro Bank is de nieuwe financier van International BV en vestigt -zoals gebruikelijk- ook een pandrecht op de bedrijfsinventaris. De pandakte is ondertekend door bestuurder X en in de pandakte staat dat International BV bevoegd is om de verpanding aan te gaan en ook dat op de goederen van International BV geen andere pandrechten rusten. Er wordt dus niets gemeld over het eerste pandrecht van de andere BV van X, Prevan. In november 2007 komen de problemen omtrent de verpanding voor de bank aan het licht.
Ondanks het verzoek van de bank weigert X aan ABN Amro te bevestigen dat de bank een eerste pandrecht op de bedrijfsinventaris heeft en Prevan BV een tweede. De discussie is directe aanleiding voor de bank om International BV onder bijzonder beheer te plaatsen en voor betalingen geen extra kredietruimte te gunnen. Hierdoor komt International BV in liquiditeitsproblemen en moet zij kosten maken om dit op te lossen. De (nieuwe) medebestuurder en medeaandeelhouder van International BV doet begin 2009 aangifte tegen X wegens valsheid in geschrifte ter zake de pandakte met ABN Amro Bank uit 2004. International BV stelt X vervolgens ook aansprakelijk uit hoofde van bestuurdersaansprakelijkheid.
Rechtbank
De rechtbank kwam tot het oordeel dat bestuurder X niet onrechtmatig heeft gehandeld door niet in te zien dat ABN Amro geen eerste pandrecht zou krijgen omdat zijn eigen Prevan BV dit recht al had door aflossing van ING Bank. X had niet de juridische kennis om deze inschatting te kunnen maken. Maar de rechtbank oordeelt dat X jegens International BV wel onrechtmatig heeft gehandeld door verkeerde informatie omtrent de verpanding te verstrekken aan de bank. X wist namelijk wel van het pandrecht van (zijn) Prevan en dat had hij moeten melden.
Gerechtshof
Bestuurder X ging in hoger beroep. X verweert zich door te stellen dat hij geen jurist is en hem de finesses van het pandrecht niet bekend waren. X stelde bovendien in de veronderstelling te zijn, dat aan ABN AMRO een eerste pandrecht was verschaft.
Het Hof maakt korte metten met het verweer van X en oordeelt dat het de verantwoordelijkheid van een bestuurder is, om datgene wat hij/zij ondertekent, in zodanige mate te begrijpen dat er geen met de waarheid strijdige verklaringen worden afgelegd. Het is ook de verantwoordelijkheid van een bestuurder om, indien deze onvoldoende ter zake kundig is, zich door adviseurs te laten bijstaan om fouten te voorkomen die de onderneming zouden kunnen schaden. Het Hof is van oordeel dat de gang van zaken omtrent het verlenen van het pandrecht aan ABN Amro alleen al moest worden aangemerkt als het onbehoorlijk uitvoeren van de bestuurstaak en dus een ernstig verwijt aan het adres van X. De bestuurder is daarom jegens International BV aansprakelijk voor de schade die zij heeft geleden doordat de BV naar bijzonder beheer van de bank is overgegaan.
Lees hier de uitspraak.